Fotografie: Rob Oo
De evaluatie 10 jaar Zandmotor wijst uit dat de innovatieve Zandmotorpilot een succes is. Het schiereiland van 21,5 miljoen kuub zand, werd in 2011 aangelegd voor de kust van Kijkduin volgens het Bouwen met de Natuurprincipe. De pilot moest uitwijzen of wind en stroming het zand langs de kust en richting de duinen zouden verspreiden, om zo de kust voor de lange termijn te versterken en een dynamisch natuur- en recreatiegebied te vormen. Dat is gelukt. Uit de evaluatie blijkt dat de kust breder wordt, de duinaangroei goed op gang komt en recreanten het gebied waarderen. Ook draagt de Zandmotor bij aan kennisontwikkeling over kustbeheer en -onderhoud en inspireert andere kustbeschermingsprojecten wereldwijd. De resultaten werden gepresenteerd op het internationale Coastal Dynamics congres op 1 juli 2021 in Delft.
Minister van Infrastructuur en Waterstaat Cora van Nieuwenhuizen: “Ik ben trots op de Zandmotor. De Zandmotor heeft een impuls gegeven aan nationale kennisontwikkeling op het gebied van kustbeheer en is een internationaal bekend innovatie-icoon. De Zandmotor is bij uitstek een voorbeeld van samenwerking tussen overheden, kennisinstellingen, universiteiten en bedrijfsleven. Tijdens de Climate Adaptation Summit op 25 januari 2021 is het belang van Bouwen met de Natuur veelvuldig genoemd als aanpak om klimaatverandering het hoofd te bieden. Met de Zandmotor als voorbeeld laten we de wereld zien hoe dat in de praktijk werkt”.
Langetermijn kustveiligheid
Vooraf was de verwachting dat de Zandmotor de duinen zou verbreden en zo de kustveiligheid zou vergroten. Na een trage start, is de duinvorming de laatste jaren goed op gang gekomen. Dit is vooral goed te zien op het zuidelijk deel van de Zandmotor waar zich duinen tot 3 meter hoog op het strand hebben gevormd. Ook de bestaande duinenrij ter hoogte van de Zandmotor is breder geworden, De verwachting is dat de duinvorming de komende jaren verder toeneemt.
Natuur
Qua landschap en dynamiek is de Zandmotor een waardevol gebied. Er is een grotere diversiteit aan bodemdieren dan op een normaal stuk strand, omdat de Zandmotor meer verschillende leefgebieden kent. Dit maakt het gebied aantrekkelijk voor meer kustvogels zowel in aantal als in soorten, zo blijkt uit tellingen. Vooral de aanwezigheid van de aalscholver, de grote stern, de visdief en de grote mantelmeeuw zijn van meerwaarde, omdat deze elders minder voorkomen. De Zandmotor blijkt overigens minder geschikt voor broedvogels door de aanwezigheid van recreanten.
Recreatie
De Zandmotor heeft een grote aantrekkingskracht op kitesurfers. Ook wandelaars en hardlopers zijn veel in het gebied te vinden. Bij badgasten is de Zandmotor minder in trek vanwege de grotere afstand tot de branding. Bezoekers van de Zandmotor waarderen het gebied gemiddeld met een 8, zo blijkt uit onderzoek door Wageningen Universiteit uit 2020. Bezoekers noemen het schone strand, het landschap en de rust en ruimte als positieve punten.
Kennis en innovatie
De Zandmotor is een voedingsbodem gebleken voor brede kennisopbouw over innovatieve, zandige oplossingen voor kustbeheer en -onderhoud. In Nederland is de kennis van de Zandmotor bij Kijkduin benut bij de aanleg van de Hondsbossche Duinen en voor de pilotsuppletie in het Amelander Zeegat. Ook internationaal is de kennis toegepast. Zo is in het Verenigd Koninkrijk bij Bacton in 2018 een kleine Zandmotor aangelegd.
Toekomst
De Zandmotor zal zich de komende jaren blijven ontwikkelen. Hoe meer zand zich richting duinen en strand verspreidt, hoe minder er van de oorspronkelijke zandplaat overblijft. Dit proces blijven we monitoren en volgen. Immers, de dynamiek maakt dat de Zandmotor ook in de toekomst nieuwe inzichten kan genereren.
De resultaten van 10 jaar Zandmotor laten zien dat een zandmotor-concept een reële toepassing kan zijn voor het beheer en onderhoud van de kust. In het kennisprogramma Zeespiegelstijging onderzoekt het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat op welke andere plekken een zandmotor toepasbaar is.
Partners
De Zandmotor is een pilotproject van Rijkswaterstaat en de Provincie Zuid-Holland in samenwerking met kennisinstellingen en universiteiten, waaronder Deltares, Wageningen Marine Research en de Technische Universiteit Delft.
Foto impressie van het congres (Roy Borghouts fotografie)